George Armstrong Custer is dé heldenfiguur in de strijd tegen de indianen in het Noorden van de USA. Tegen wil en dank, want volgens de overlevering berouwde hij aan het einde van zijn leven alle gruweldaden die de Amerikaanse overheid tegen de indianen in hun zoektocht naar rijkdom had begaan. Hij betaalde de rekening met zijn leven bij de rivier de Little Bighorn, in de slag van 1876 tussen de Zevende Cavalerie en de Lakota Sioux die de geschiedenis inging als Custer’s Last Stand.

De embedded geschiedschrijvers van de Amerikaanse historie waren er aan het einde van de negentiende eeuw zwart-wit over: als er meer indianen dan soldaten stierven, werd een slag een battle genoemd. Lieten er meer soldaten dan natives het leven, werd er gesproken over een massacre. In die lijn was de slag bij Little Bighorn een waar bloedbad, met maar liefst 268 doden en 55 gewonden aan Amerikaanse zijde. De Lakota Sioux betreurden naar schatting 36 of 136 doden, afhankelijk van het getuigenverslag. De Amerikaanse propagandamachine rouwde echter maar om één gevallene: generaal George A. Custer, die samen met zijn heldhaftige mannen tot het laatst had gevochten, maar lafhartig was afgemaakt door de Lakota Sioux.
Wat er precies gebeurd is met Custer en de Zevende Cavalerie zullen we nooit weten; verschillende ooggetuigen vertellen allemaal iets anders. Volgens sommige Lakota pleegde Custer zelfmoord om aan gevangenschap te ontkomen, en weer anderen zeggen dat hij tijdens het terugtrekken werd ingehaald en afgemaakt. Ook wat hem ertoe dreef om de indiaanse overmacht aan te vallen, blijft een mysterie. Was hij eigenwijs en overmoedig? Onderschatte hij het aantal indianen? Of was hij bang dat het ontdekte dorp zich in kleine, moeilijk te bestrijden groepjes over de regio zou verspreiden? Het is moeilijk te zeggen. Wat bij Little Bighorn overblijft, is een naar hem vernoemde heuvel op het Little Bighorn National Battlefield. Juist ja, een battlefield. Want als er een ding duidelijk is geworden in de loop der jaren, is dat het verschil tussen een veldslag en een bloedbad van twee kanten bekeken kan en moet worden. Dat dit verschil miniem is, kan niemand tweehonderd jaar later ontkennen.
